Werkgroep informeert zijn achterban (de leerlingen)

In het participatiedecreet staat één van de taken van de leerlingenraad omschreven als 'alle leerlingen informeren over de activiteiten van de leerlingenraad'. Maar niet alleen de leerlingenraad is hiermee gebaat, alle werkgroepen op school kunnen best de leerlingen informeren over hun bezigheden. Je bent dan geen onzichtbaar werkgroepje meer: leerlingen kunnen jullie ideeën pas steunen als ze weten wat ze zijn.

Hoe pak je dat het beste aan?

Beperk je tot wat leerlingen écht willen weten over jullie werkgroep. 

Hang geen volledig verslag op van de vergadering. Niemand leest een blad vol kleine lettertjes over iets waar je niet bij was. Maak een nieuwsbrief of affiche. Zeg wat er beslist is. Vermeld eventueel wat je de volgende keer bespreekt. Laat eruit hoe de discussie verliep, wie er aanwezig was … Communiceer enkel informatie die er rechtstreeks voor de leerlingen toe doet: mag je vanaf nu geen spaghettibandjes meer dragen? Krijgt de tweede graad ook inspraak in de examenroosters? Komen er banken op de speelplaats?

Leg kort uit waarom iets niet kan

Waarom wil de directeur geen kruidenbakken op school? Waarom is er dit jaar geen volleybaltoernooi van de leerlingenraad? En waarom blijft dat achterpoortje toe? Hang er een affiche naast met de reden!

Toon wat je bereikt 

Maak stickers of stempels met daarop ‘Dankzij de leerlingenraad/MOS-team/… (of je logo)’. Laat ze achter op alles waar jullie (mee) voor hebben gezorgd: banken op de speelplaats, afdak voor fietsen … maar misschien ook op de verbeterde toetsenplanning of naast de aangepaste schoolregel in het reglement?

Praat niet over ‘de leerlingenraad’, maar over wat de leerlingenraad kan doen

Stel je niet gewoon in elke klas voor als ‘de leerlingenraad’ of ‘de eco-werkgroep’. Geef leerkrachten en leerlingen tien minuten tijd om te zeggen waar jullie zich mee bezig moeten houden. Verzamel de ideeën, en zeg hoe je die gaat verwerken. Zo kunnen leerlingen hun mening kwijt. Tegelijk weet iedereen wie er in de werkgroep zit.

Laat leerlingen weten ‘wat er met hun idee is gebeurd’.

Ken je het gevoel van de klasfoto waarop je eerst naar jezelf zoekt? Nochtans weet je perfect hoe je er die dag uitzag. Heb je bij de leerlingen ideeën verzameld? Zorg er dan voor dat iedereen meteen zijn of haar eigen idee terugvindt. Geef elk idee een plaatsje in een kolom en leg uit waarom:

  • Dit doet de werkgroep
  • Dit vragen we aan de school
  • Dit klinkt tof, maar is niet haalbaar